Belevingen in quarantaine ~ Frans Lap
6. Wonderlijk…ik praat met mijn lichaam
2-4-20
Ja, ik praat met mijn lijf. Zoals waarschijnlijk velen van wie dit leest het doen. Maar elke keer vind ik het toch een bijzondere beleving. Wat is daar nu zo bijzonder aan? Ik denk dat het komt omdat het toch ook iets vreemds blijft (tot nu toe) in een (nog steeds) sterk medisch bepaalde wereld. En ik ben daar natuurlijk ook in opgevoed. Pijn hebben, iets mankeren, dan zijn daar de dokter en de medicijnen, en eventueel het ziekenhuis. En die gaan allemaal uit van mijn lichaam als machine. Als object. Een alternatief was er niet. Nou ja, ik hoorde wel van wat we primitieve volkeren noemden, hoe die met gezondheid omgingen. Met medicijnmannen die in trance gingen bijvoorbeeld en zich dan met de goden verbonden. Maar dat was zo primitief, zo niet-wetenschappelijk…. (Nu kijk ik daar heel anders tegen aan)
Maar al lange tijd geleden ben ik me bewust geworden dat mijn lichaam ook een zelfstandig wezen is, met een eigen bewustzijn. Dat ook mijn organen en alle andere onderdelen elk een eigen levend geheel vormen, met een eigen bewustzijn. Dat wil zeggen dat lichaam en organen weten wat goed en niet goed voor ze is. Dat ze weten wat ze nodig hebben. Dat ze kunnen duidelijk maken of ze het goed maken ja of neen. Daarvoor wist ik dat niet. Maar nu wel. Maar hoe doe ik het nu, dat communiceren met mijn lijf?
Als ik bijvoorbeeld met mijn linker nier wil praten, zoek ik die plek met mijn aandacht eerst op in mijn lichaam. Ik maak dus contact. Ik wacht totdat de plek van die nier warm geworden is of een beetje gaat rommelen. Ik begroet de nier en vraag ik eerst hoe het met die nier gaat. Goed om hier te zeggen dat ik pas eraan geopereerd ben, omdat hij vol zat met nierstenen en er bijna geen ruimte meer was in die nier. Maar ook dat er nu nog een katheter in zit omdat er nog een operatie moet plaats vinden. Als ik die nier was zou ik dat heel onprettig vinden. Maar wat vindt hij er zelf van?
Voor mijn contact maak ik gebruik van een pendel, als een soort tolk zeg maar. Mijn eerste vraag is dus: hoe maak je het? Het antwoord ligt dan tussen 1 en 10. 10 is volmaakt ongeveer, 1 is zeer slecht. Vlak na de operatie kwam er een 4 tevoorschijn, maar enkele dagen erna was het een 7 en tot mijn verbazing weer enkele dagen erna een 8,5! Vragend naar dat hoge cijfer bleek dat hij blij begon te worden met de ruimte die er was gekomen na de operatie. En ook dat de katheter goed werkte.
Een andere vraag die ik wilde stellen was ‘hoe kijk je tegen de operatie aan die er staat aan te komen?’ Zelf dacht ik dat hij er wel tegenop zou zien, omdat een operatie , leek mij, niet echt leuk is voor die nier. Maar neen, hij keek er naar uit en hoopte dat het gauw kon gebeuren! Dat gaf mijzelf veel moed om er ook positief tegenaan te kijken.
Op mijn vraag wat ik voor hem kon doen , was de reactie: ‘meer drinken en meer rusten’. Een advies dat ik probeer op te volgen. Ik blijf me verwonderen over deze communicatie. Hoe meer ik me verdiep in de 5e dimensie die (in) onze wereld aan het doordringen is, des te meer herken ik dit praten met mijn lijf als iets dat daarbij hoort. Als iets waarheen we met zijn allen op weg zijn.